Verjaardagscadeau voor mezelf | column

Maaike van der Plas

Vorige week vrijdag was ik jarig (31 jaar, dank u).

Mijn onderzoekscollega’s verrasten me met presentjes die exact aansluiten bij mijn interesses (wielrennen, katten, boeken) en van mijn ouders kreeg ik onder andere nieuwe fietsschoenen en een heerlijk etentje waarvan we nu, zo’n zeven dagen later, eindelijk uitgebuikt zijn. Eén cadeau heb ik mezelf onthouden: ik heb me dit jaar niet opgegeven voor de skireis van de afdeling neurologie, die tijdens mijn verjaardag plaatsvindt.

Tweemaal heb ik wél deelgenomen aan deze legendarische trip, die onder intimi bekend staat als ’the brainfreeze’. Nooit eerder had ik op de lange latten gestaan, maar ik houd van de natuur, van de bergen en ben best sportief, dus liet ik me niet afschrikken door dat gebrek aan ervaring. Ik hoopte dat mijn sterke benen en conditie vanuit het wielrennen mijn totale gebrek aan grove motoriek zouden compenseren.

Toch durfde ik niet alles aan het toeval over te laten. Samen met een collega schreef ik me in voor de beginnerscursus skiën in Snowworld. Binnen vijf minuten kwam ik erachter dat ik mogelijk een inschattingsfout had gemaakt. Nadat ik de opdracht had gekregen zo’n anderhalve meter met mijn ski’s aan omhoog te lopen, belandde ik in de sneeuw en greep de docent dat moment aan om een punt te maken over hoe moeilijk het is om op te staan als je eenmaal bent gevallen. Het klasje keek toe terwijl ik zijn wijze woorden illustreerde door verwoede, maar vergeefse pogingen te doen om mezelf omhoog te hijsen.

Mijn collega viel na één les uit met een blessure en nam uiteindelijk niet deel aan de skireis. Ik voltooide de cursus en dat bleek genoeg om in het Franse Flaine met enig vertrouwen de zogenaamde ’beginnersweide’ te bedwingen. Groene en blauwe pistes waren echter, zelfs met een stuurse Franse skileraar, een angstaanjagende ervaring. Aan het eind van de dag had ik blaren en blauwe plekken op mijn schenen („Dat is een teken dat je goed naar voren leunt!”, jubelden mijn collega’s, die de hele dag moeiteloos van rode en zwarte pistes waren gesuisd).

Toch schreef ik me een jaar later weer in. Meer oefenen moest ik. Opnieuw naar Snowworld, ditmaal voor de cursus voor lichtgevorderden (beetje een overstatement, maar het was toch echt de eerstvolgende in de reeks). De enige vrije plek was op zondagochtend. Dit bleek ook de tijd te zijn dat de twee- tot zesjarigen hun lessen kregen. Ik verkeerde wekenlang in de zevende cirkel van de hel, met honderden krijsende kleuters die tegen hun zin in skipakken werden gehesen en vervolgens nog beter presteerden dan ik. Daarna naar Oostenrijk.

Ik zie mezelf nog staan, op een blauwe piste die geheel in ijs was veranderd. Elke kleine beweging die ik maakte, resulteerde in een bloedstollend schrapend geluid, waarbij ik tegen mijn wil steeds verder zijwaarts van de berg gleed. Ik had grof geld betaald om ter plekke geëvacueerd te worden door een helikopter of zelfs in zo’n vernederende banaan. Maar die optie werd niet geboden.

Dit jaar gaf ik mijzelf het beste verjaardagscadeau. Minstens duizend euro in niet-gemaakte skikosten. En nog belangrijker: de besparing van heel veel wintersportgerelateerd leed. Ik heb ervan genoten.

Net binnen